maandag 1 juli 2013

Kleiner

Het was in een stad die veel weg
had van Groningen, maar dan kleiner.

De toren was omvergelopen.
Het paard lag in een Zwanenstraatje

(meer een Kuikensteeg). De kinderen –
er waren alleen kinderen, logisch eigenlijk –

vonden het een leuk paardje en riepen:
'Wat is het groot'. Ze hielpen het overeind.

Dat vond het wel prettig en gaf kopjes.
Het leek daardoor ineens op een grote,

koperen kater. Ik liep snel verder – voor het
(ik noem maar wat) zou gaan zoemen.

Het knarste als zand onder mijn schoenen.
Ik keek niet achterom.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten